Montage instructies

Als aannemer of installateur kunt u de Polytech dakgoot zelf monteren. Montage gaat met schroeven door voorgeboorde gaten en is dermate simpel, dat daar geen speciale montageploeg voor nodig is. Met behulp van onderstaande instructie monteert u stapsgewijs de Polytech dakgoten aan de woning.

Indien u niet vertrouwd bent met het monteren van prefab dakgoten, dakranden en luifels, kunt u het overzicht met montagebedrijven raadplegen.

Stap 1 - Controle vooraf

Voordat u de goot gaat monteren, adviseren wij om de dakgoot op de volgende punten te controleren:

1. Maatvoering
Polytech levert de dakgoten per project prefab op maat. Controleer of de maatvoering van de verschillende gootdelen conform opdracht is.

2. Beschadigingen
Wanneer de Polytech dakgoten geleverd worden, zijn ze voorzien van een beschermfolie. Verwijder deze folie en controleer of er geen beschadigingen, kleurafwijkingen of andere manco’s op de goot zitten.

3. Voorgemonteerde onderdelen
De prefab goten zijn voorzien van eindkappen, montagegaten en hwa uitloopstukken. Controleer of alle voorgemonteerde onderdelen aanwezig zijn en op de juiste plek bevestigd.

4. Meegeleverde materialen
Overige materialen, zoals schroeven, omzetbeugels en lijm worden los meegeleverd. Controleer of al deze materialen correct en in voldoende aantallen geleverd zijn.

Stap 2 - Voorbereiding

Bij opslag is het van belang dat de goot minimaal elke 2 meter wordt ondersteund en de grond niet raakt. Zorg ervoor dat de goot met het steekpijpje naar boven ligt, of met het steekpijpje horizontaal.

Tijdens transport dient de dakgoot goed ondersteund te worden, hiermee voorkomt u eventuele breuken. Til de goot niet op aan de eindkappen of hoeken.

 

 

Zorg altijd voor een vlakke, houten achterconstructie waar u de goot aan monteert. Bekijk onze montagedetails voor de opbouw van de achterconstructie in verschillende situaties.

Houd bij het maken van de achterconstructie rekening met het volgende:

1. Montagegaten
De montagegaten zijn op 15 mm vanaf de bovenkant van de goot voorgeboord, op ca. 600 mm h.o.h. Het is niet de bedoeling dat er op een andere positie schroeven in de goot worden geboord. In de achterzijde van de goot zijn op de juiste hoogte verstevigingsribben aangebracht.

2. Extra gaten
De eerste en laatste meter van de goot zijn voorzien van extra gaten om te fixeren. Het is van belang dat alle montagegaten worden gebruikt.

Stap 3 - Bevestiging

Om de goot te bevestigen brengt u de goot naar de gewenste positie, houd hierbij rekening met de gewenste speling op de uiteinden (hoeklassen). Zorg voor een goede ondersteuning en plaats de goot vervolgens waterpas. Schroef de goot eerst handvast op de uiteinden met de bijgeleverde montageschroeven, schroef daarna de overige schroeven handvast. Wanneer de goot op zijn plaats bevestigd is, kunt u de HWA buis aansluiten op het steekpijpje.

Per type goot zijn er specifieke montage instructies:

– Meerdere goten in 1 lijn
– Goot met hoeklas
– Goot met plafondplaat
– Goot met onderbreking op de hoeken
– Pyramide dak (molenwieken)

Meerdere goten in 1 lijn

Wanneer er meerdere goten in 1 lijn worden gemonteerd (rijtjeswoning), markeert u eerst op de achter constructie waar de koppelingen moeten komen, zodat u aan ‘t eind niet uitloopt met de maatvoering. U begint vervolgens bij de hoekwoning met het monteren van de goot. Houd bij het monteren van de volgende goot rekening met enige tussenruimte (5-10 mm per dilatatie). De benodigde speling is afhankelijk van de totale lengte van de gootdelen.

Als laatste brengt u de omzetbeugel en de loodvervanger (brug) over de eindkappen aan. De goten mogen onderling nooit met elkaar verbonden worden door middel van kit, purschuim of schroeven. Hierdoor ontstaat een zogenaamde ‘starre verbinding’, wat kan resulteren in losgetrokken eindkappen (PLB) met lekkage tot gevolg.

Goot met plafondplaat

Bij goten met plafondplaat dient de goot zo gemonteerd te worden, dat het achterhout niet voor de groef aan de achterzijde van de goot komt. Wanneer de groef is gecontroleerd, kan de goot tegen de houtconstructie worden gemonteerd.

Wanneer de plafondplaat of platpaneel niet soepel in de uitsparing geschoven kan worden is dit eenvoudig op te lossen door met een schaaf langs de lange kant van het platpaneel te gaan en er een klein laagje vanaf te schaven.

Goot met hoeklas

Bij goten met een hoeklas is het belangrijk dat de hoekomzet netjes waterpas wordt gehangen. De schroeven dienen niet geheel aangedraaid te worden; de goot moet nog iets kunnen werken bij temperatuursveranderingen.

Goot met onderbreking op de hoeken

Bij de montage van goten om een pyramidedak met onderbreking op de hoeken, wordt op de hoeken een eindschot geplaatst. Bij dit systeem is er op iedere gevel (incl. voorgevel) een hwa te zien.

De goten dienen op de hoeken te stoppen, of ca. 5 mm eerder. De hoeken mogen zeker niet doorsteken. De buitenhoek dient als laatste geplaatst te worden; u brengt de omzetbeugel en de loodvervanger (brug) over de eindkappen aan.

De goten mogen onderling nooit met elkaar verbonden worden door middel van kit, purschuim of schroeven. Hierdoor ontstaat een zogenaamde ‘starre verbinding’, wat kan resulteren in losgetrokken eindkappen (PLB) met lekkage tot gevolg.

Pyramide dak (molenwieken)

Bij montage van de goten van een pyramide dak met het molenwieken systeem komen de verbindingen op de rechte stukken van de goot en is er aan beide zijgevels een hwa te zien.

De goot mag hierbij op de hoeken niet strak tegen de achterconstructie worden gemonteerd, waardoor het lastiger is om de goten netjes op elkaar te laten aansluiten.

Zorg ervoor dat u alle montagegaten benut en breng als laatste de koppelbeugels en loodvervanger (brug) aan.